Ben je in een dorp opgegroeid, dan zul je hoogstwaarschijnlijk ook enkele van deze 16 herinneringen koesteren. Welke zaken komen jou nog bekend voor?
Opgroeien in een dorp…
De grote vraag is of stadsmensen deze zaken ook herkennen. Het leven in een dorp is nu eenmaal anders dan in de stad. Leuk om eens stil te staan bij zaken, die normaal voelen, maar vaak echt alleen in een dorp voorkomen…
Het gaat hier om 16 typische zaken die je waarschijnlijk bekend voorkomen als je bent opgegroeid in een dorp. Geniet mee van deze nostalgische dorp-zaken!
1. Binnenkomen? Via de open achterdeur!
Juist, de voordeur ging bijna nooit open en de achterdeur nooit dicht… 😉
2. Groeten hoorde erbij!
Kwam je 5 mensen tegen op weg naar de supermarkt… was het 5 keer groeten!
3. De middelbare school was UREN fietsen
Iedere ochtend weer hetzelfde liedje…
4. Zomerbaantje: helpen bij de boer of tuinder
Dat kon je gelukkig wel samen doen met jouw vrienden!
5. Je mocht de bus ECHT niet missen
Anders werd het weer een hele tijd wachten…
6. Helaas was je niet de enige…
Die ene bus ging namelijk langs alle omringende dorpen en iedereen wilde mee!
7. Ons kent ons!
Je kende iedereen en iedereen was ook een zus van de neef van vriend van… En vaak hadden mensen ook herkenbare bijnamen. Zo kende iedereen ‘Dikke Andy’ of ‘De Lange’ in het dorp!
8. En natuurlijk de dorpsgek!
Vaak om gelachen, maar stiekem kreeg hij/zij altijd wel sympathie. Er zou eens een buitenstaander hem/haar lastigvallen of uitlachen… dan was het oorlog.
9. De buurtsuper, zo gezellig!
Een plek waar je alle medewerkers kende…
10. Uitgaan deed je in de dorpskroeg
En wat heb je daar leuke avondjes beleefd!
11. De rivaliteit: buurdorpen waren de vijand!
Er was altijd een hevige strijd met het dorp verderop. Vaak uitte zich die rivaliteit in de verschillende middelbare scholen, maar ook sportclubs konden er wat van.
Kwamen twee dorpen tegenover elkaar te staan, werden deze dan ook vaak toegezongen door elkaar met de bijvoorbeeld:
“Het is stil aan de overkant!”
“Alle [dorpsnaam]’ers zijn [scheldwoord]!”
De harde dorpskernen…
12. Je speelde altijd op de coolste plekken…
Of het nu het bos in de buurt was, je ging zwemmen in het meer of verstoppertje in het maïsveld… altijd was het wel spectaculair! Je moest sowieso wel je eigen dingen verzinnen, want veel voorzieningen waren er niet.
Bovendien kon je gelukkig nog gewoon op (een rustige) straat spelen, zodat je omver gereden werd..
13. En ergens had iemand wel een boomhut!
14. “Ik woon in de buurt van……”
Nooit gebruikte je (als je ergens anders was) de naam van je dorp… waarom zou? NIEMAND kende het! Het was dus altijd ik: “Ik woon in de buurt van Antwerpen” of “Ik woon in het 2e dorpje als je Nijmegen uitrijdt“. Handig was dat…
15. Je had een band met de postbode
Als de postbode voor je deur verscheen, zwaaide jij of maakte je zelfs een praatje! Postbode Siemen taferelen waren jou niet vreemd…
16. Maar eigenlijk was het er SUPER!
Herinneringen en vriendengroepen zijn hier zeker ontstaan!
Jouw leukste dorpsherinnering?
Hoeveel van deze 16 typische dorp-zaken herken jij nog en welke vond jij de meest aansprekende? Woon je in dorp of vroeger gedaan en hebben wij er juist eentje gemist?
Laat het ons weten in de comments onderin!
Lees ook:
- 15 typerende dingen die je vroeger op vakantie deed!
- 22 dingen die je herkent als je opgroeide in een groot gezin
- Kattenkwaad: 16 kwajongens streken die je vroeger uithaalde
Ik ben geboren en getogen in een boerendorp op de Veluwe. Naar de lagere school fietsen was de vele gaten ontwijken in de zandweg. Naar de middelbare school was ongeveer een uur fietsen. Even een extra brood halen bij de bakker en niet betalen maar op laten schrijven. Later werd er een douche gemaakt op de geute.dat was een washok waar ook de ingang naar de kelder was.
Wat ook wel mag gezegd worden is de rust! Ik ben in een dorp opgegroeid als kind en als tiener zijn wij verhuisd naar een stad. Man man man.. ik sliep de eerste nachten echt niet. Zoveel lawaai ineens dat was ik niet gewend.
Nu 20 jaar later ben ik het stadsleven gewoon hoor en slaap ik prima. Maar ik mis het soms wel hoor het dorpsleven. Alles hierboven klopt als een bus. Mijn oma en opa (intussen beide overleden) leefde twee dorpen verder dus wij zaten daar ook regelmatig en de zee was een paar minuten fietsen.
De intocht van Sinterklaas was ook altijd leuk je ging in de deuropening staan en hoopte dat je wat kreeg van Piet (zus van een klasgenootje of of zo)
Of inderdaad een nieuwe tractor of zo heel het dorp kwam kijken.
Als je niet meer weet wat je aan het doen bent weten de andere het nog wel
Wij hadden in het dorp geen eens een bus, bij wind en weer fietsen…. kou, veel wind en regen en een regenpak daar kon je het meedoen…
Een buurtsuper was er ook niet… als er op zondag voetbal was dan kon je snoep halen..
Het café werd gesloten toen ik 14 was…
Er was wel een lagere school, maar die was zo klein dat er maar 3 lokalen en we kleuterschool was..
Voordat we naar de kermis gingen, moesten we natuurlijk voordrinken en dat was dan in de boet van één van de jongens in t dorp.
Ons huis zat vol kinderen blijven eten was normaal
Er was nooit geen buur in nood wij hielpen elkaar
En buurten werd een gewoonte nooit was je te veel
Dat je de naam van je dorp niet vertelt maar dan zegt dicht bij. Zo herkenbaar dat een oudere man mij vroeg specifiek waar dan. Toen ik het vertelde zei hij oja, ik zat als kind in de oorlog daar bij de hoofdmeester, dan val je wel even stil. De volgende dag mijn vader gebeld en die zei dat het waar was.
Uiteraard herken ik ze allemaal! Altijd al in een dorp gewoond en nu nog! Leuk hoor de stad maar dan voor een dagje en dan weer gauw lekker naar mijn eigen dorpje!!!
Eigenlijk allemaal herkenbaar!
En nummer 1 doe ik nog steeds. Hier gaat de voordeur ook nooit open. Kom gewoon achterom.
Het had ze voordelen maar ook nadelen in een dorp. Ik zou nooit in een stad willen wonen. Laat mij maar lekker knus en gezellig in een boeren dorpje wonen. Heerlijk!!!
In de gemeente kwam je soms de veldwachter tegen, die kende iedereen. Wist veel van wat er gebeurde en hij trad op als het nodig was, hij was de vrederechter.
Bij het landen of opstijgen van luchtballon kwamen veel dorpelingen op af.Kocht iemand een nieuwe tractor of wagen het deed de ronde in dorp.